Het begon allemaal met de North Beach 24, een traditioneel ogend kottertje. Dat werd een succes, dus op de Hiswa te Water 2006 introduceerde North Beach de NB29, geheel in dezelfde geest. En al enige tijd ligt ook de North Beach 35 op de tekentafel. In al die jaren zijn de boten gestaag slanker geworden. De sloep heeft een verhouding tussen lengte en breedte van 1:2,54, de NB24 meet 1:2,94 en de NB29 1:3,11. De NB35 is de slankste; daar ligt de verhouding 1:3,38.
Alle drie de kotters hebben harde kimmen, zodat de romp een optimale vormstabiliteit levert. Bovendien gaat de romp bij een bepaalde hellingshoek op zo'n harde kim `hangen', zoals zo kenmerkend is voor de traditionele knikspanten. Bij toenemende winddruk helt de boot nauwelijks meer verder. En dat is bij midzwaardboten met beperkte diepgang, zoals deze drie kotters, belangrijk. Hoewel de ballast geen zuivere binnenballast is en zich in een aangezette lange kiel bevindt, ligt het zwaartepunt van de ballast tamelijk hoog. Met weke kimmen zou de boot bij elke vlaag gemakkelijk meer hellen. Als de boot goed is berekend, is dat niet gevaarlijk maar wel onplezierig. Een dergelijke boot wil je niet te schuin varen. Bovendien beperkt de geringe diepgang enigszins de breedte van het ontwerp. Een beperkte diepgang betekent ook een ondiep stekend roer en met een breed schip kan dat onder helling gedeeltelijk boven water komen.
Elk type van deze serie langgekielde kottertjes is ook weer lichter voor zijn lengte. En om de boten toch nog een comfortabele zeegang te geven, tikt het aan als de boten gelijkelijk smaller worden. En met succes: als we de uitkomsten van de comfortformule van Brewer moeten geloven, is de zeegang steeds comfortabeler ondanks de afname van het relatieve gewicht. Waren we al erg te spreken over de soepele manier waarmee de NB24 en de NB29 zich naar de golven voegen, de NB35 belooft een nog vriendelijker gedrag op volle zee.
Op de tekeningen kunnen optionele extra's voorkomen/Specificaties kunnen zonder voorafgaande opgave worden gewijzigd.
Het begon allemaal met de North Beach 24, een traditioneel ogend kottertje. Dat werd een succes, dus op de Hiswa te Water 2006 introduceerde North Beach de NB29, geheel in dezelfde geest. En al enige tijd ligt ook de North Beach 35 op de tekentafel. In al die jaren zijn de boten gestaag slanker geworden. De sloep heeft een verhouding tussen lengte en breedte van 1:2,54, de NB24 meet 1:2,94 en de NB29 1:3,11. De NB35 is de slankste; daar ligt de verhouding 1:3,38.
Alle drie de kotters hebben harde kimmen, zodat de romp een optimale vormstabiliteit levert. Bovendien gaat de romp bij een bepaalde hellingshoek op zo'n harde kim `hangen', zoals zo kenmerkend is voor de traditionele knikspanten. Bij toenemende winddruk helt de boot nauwelijks meer verder. En dat is bij midzwaardboten met beperkte diepgang, zoals deze drie kotters, belangrijk. Hoewel de ballast geen zuivere binnenballast is en zich in een aangezette lange kiel bevindt, ligt het zwaartepunt van de ballast tamelijk hoog. Met weke kimmen zou de boot bij elke vlaag gemakkelijk meer hellen. Als de boot goed is berekend, is dat niet gevaarlijk maar wel onplezierig. Een dergelijke boot wil je niet te schuin varen. Bovendien beperkt de geringe diepgang enigszins de breedte van het ontwerp. Een beperkte diepgang betekent ook een ondiep stekend roer en met een breed schip kan dat onder helling gedeeltelijk boven water komen.
Elk type van deze serie langgekielde kottertjes is ook weer lichter voor zijn lengte. En om de boten toch nog een comfortabele zeegang te geven, tikt het aan als de boten gelijkelijk smaller worden. En met succes: als we de uitkomsten van de comfortformule van Brewer moeten geloven, is de zeegang steeds comfortabeler ondanks de afname van het relatieve gewicht. Waren we al erg te spreken over de soepele manier waarmee de NB24 en de NB29 zich naar de golven voegen, de NB35 belooft een nog vriendelijker gedrag op volle zee.
| Type | North Beach 35 |
| Ontwerper | Frans Colbelens |
| Bouw | North Beach Jachten Amsterdam. De boten worden gebouwd bij H.J. Van Der Neut op een eigen werf. |
| Lengte over alles | 12,50 m |
| Lengte Waterlijn | 9,28 m |
| Breedte | 3,13 m |
| Diepgang | 1,10 - 2 m (midzwaard) |
| Waterverplaatsing | 6.000 dm2 |
| Ballast | 2.650 kg (44%) |
| Grootzeil | 26,8 m2 |
| Keerfok | 15,5 m2 |
| Rolkluiver | 27,5 m2 |
| Slaapplaatsen | 4+2 |
De North Beach 35 is evenals zijn broeders een kotter. Dit wil zeggen dat er vóór de mast twee zeilen gevoerd worden. Bij de North Beach 35 staat het voorste zeil op een boegspriet. Hoewel dit zeil niet overlapt met het grootzeil is het zo groot en de aspectverhouding zo gering, dat het meer lijkt op een hoog opgesneden genua dan op een kluiver. De fok is een stagfok waarvan de schoot gevoerd wordt op een keerbrug, zodat het zeil bij een overstagmanoeuvre niet bediend hoeft te worden. In de praktijk zal slechts zelden zowel de stagfok als de kluiver gevoerd worden. Met alleen de kluiver en het grootzeil voert de boot al zoveel zeil dat de kluiver op een aande-windse koers al bij windkracht vier beter vervangen kan worden door de stagfok. Bovendien is het tuigplan laag gehouden en met de boegspriet langgerekt. Daar is veel voor te zeggen als de ballast niet al te diep steekt. Maar met zo'n tuigplan wordt het niet eenvoudig om de genua voldoende strak door te zetten. Bij harde wind heb je daar bij een overstag helemaal geen zin. Het is veel gemakkelijker om de genua weg te rollen en verder te varen op de keerfok. Alle drie de kottertjes hebben een lange, aangezette dooskiel waarin zich de ballast en de tanks bevinden. Hierin bevindt zich ook de zwaardkast. Het zwaard geeft de N B 35 een diepgang van twee meter op aan-de-windse koersen. Een lange hiel beschermt het schroefraam en steunt de hak van het aangehangen, licht gebalanceerde roer. De North Beach 35 heeft standaard een helmstok, maar kan ook geleverd worden met een stuurwiel. Het aangehangen roer wordt dan vervangen door een doorgestoken roer.
Met een L-vormige kombuis aan bakboord met daar tegenover de natte cel en de langsscheepse kaartentafel en daar voor twee langsscheepse banken is het inrichtingsplan tamelijk klassiek. In het voorschip bevindt zich een tweepersoons hut. In de voorpiek ontbreekt stahoogte (1,50 m), omdat de kajuit net als op de NB24 en de NB29 vrij kort is. In het achterschip bevindt zich aan bakboord een dubbelkooi, waarbij de slaapplaats onder de kuip een hoofdruimte heeft van 55 centimeter. De kooi heeft een lengte van ruim twee meter.
De North Beach 35 boten worden gebouwd bij H.J. Van Der Neut op een eigen werf in Nederland.
In tegenstelling tot de NB24 en de NB29 wordt de romp van deze boot gemaakt van hout-epoxy of van aluminium.
Bron: Zeilen nr. 3 2007
